Begroting 2019

Programmaplan

Wat gaat het kosten?

Bedragen X € 1.000

Code

Omschrijving taakveld

Rekening

Begroting

Begroting

Meerjarenbegroting

2017

2018

2019

2020

2021

2022

510

Sportbeleid en activering

L

650

773

852

857

865

873

B

120

111

156

156

156

156

520

Sportaccommodaties

L

2.165

2.271

2.235

2.303

2.306

2.259

B

321

273

257

261

266

270

530

Cultuurpresentatie, -productie en -participatie

L

206

265

191

191

274

192

B

13

12

12

12

12

12

540

Musea

L

17

18

27

27

27

27

B

0

0

0

0

0

0

550

Cultureel erfgoed

L

6

20

45

55

31

21

B

0

0

0

0

0

0

560

Media

L

439

478

410

418

425

433

B

0

0

0

0

0

0

570

Openbaar groen en (openlucht) recreatie

L

1.638

1.985

1.973

1.979

2.010

2.030

B

38

31

31

32

33

34

Totaal lasten programma 5

5.121

5.811

5.734

5.830

5.938

5.834

Totaal baten programma 5

492

427

457

462

467

472

Saldo lasten en baten programma 5

4.629

5.384

5.277

5.368

5.471

5.362

Toelichting budgetverschillen

De belangrijkste verschillen tussen de ramingen in begroting 2019 en begroting 2018 zijn:

Bedragen x € 1.000

Omschrijving

L/B

Bedrag

V/N

1.

De volgende budgetten zijn overgeheveld van 2017 naar 2018. Vandaar dat de lasten in 2018 hoger zijn dan in 2019:

  • Haalbaarheidsonderzoek wensen kwaliteitsgroen € 30.000;
  • Entree Chaamse bossen € 20.000;
  • Ommetje Molenschot € 10.000.

L

60

V

2.

Voor de realisatie van de restopgave EVZ's Landstad Baronie is in 2018 incidenteel extra budget gevraagd ter dekking van maatwerkuren (zie Perspectiefnota 2019).

L

30

V

3.

In 2018 raamden we uitgaven voor de EVZ Boomkikker. Deze lasten werden gedekt vanuit de reserve revitalisering buitengebied en daarmee was het resultaat budgettair neutraal. In 2019 hebben we dit niet opgenomen in de begroting. Dit leidt tot een voordeel op dit programma en een nadeel op het taakveld reserves.

L

38

V

4.

Wij willen in samenwerking met Brabant Water zeven drinkwatertappunten realiseren in de openbare ruimte. Hierdoor zijn de lasten in 2019 € 43.000 hoger dan in 2018. Daarnaast willen we voor de routenetwerken structurele verbeteringen aanbrengen in combinatie met (inter)nationale promotie en marketing. Hierdoor zijn de lasten in 2019 € 10.000 hoger dan in 2018.

L

53

N

5.

Het aantal scholen dat gebruik maakt van buurtsportcoaches is uitgebreid. De lasten voor buurtsportcoaches zijn daarom in 2019 € 75.000 hoger dan in 2018 vanwege uitbreiding van de capaciteit. Hier staat tegenover dat we ook meer inkomsten verwachten vanuit scholen ad. € 45.000. Per saldo is sprake van een nadeel van € 30.000 (zie Perspectiefnota 2019).

L
B

75
45

N
V

6.

In het kader van de aanpassing van de huisvesting van de bibliotheek binnen de culturele centra heeft het college besloten om voor de opmaak van een voorlopig ontwerp een voorbereidingskrediet beschikbaar te stellen van € 20.000 in 2018 (zie Perspectiefnota 2019).

L

20

V

7.

Op basis van de nieuwe (huisvestings)situatie heeft de bibliotheek een offerte ingediend met bijbehorende begroting. Deze offerte sluit aan bij de inhoudelijke opdracht die we als gemeente hebben meegegeven. Met ingang van 2019 leggen wij de meerjarensubsidieafspraak vast. Hierin is de subsidie in 2019 € 47.000 lager dan in 2018 (zie Perspectiefnota 2019).

L

47

V

8.

In 2018 raamden we uitgaven voor kunst in het centrumplan Gilze. Deze lasten werden gedekt vanuit de reserve bovenwijkse voorzieningen en daarmee was het resultaat budgettair neutraal. In 2019 hebben we dit niet opgenomen in de begroting. Dit leidt tot een voordeel op dit programma en een nadeel op het taakveld reserves.

L

68

V

9.

Voor de sporthal in Gilze is de storting in de voorziening gemeentelijke gebouwen in 2019 € 30.000 hoger dan in 2018.

L

30

N

10.

Voor het oude zwembad zijn met ingang van 2019 de exploitatiebijdrage en de storting in voorziening gemeentelijke gebouwen vervallen. Dit leidt tot een voordeel in 2019 ten opzichte van 2018.

L

51

V

11.

Om het openbaar groen de gewenste kwaliteitsimpuls te geven is meer specifieke kennis nodig binnen de organisatie. In de Perspectiefnota 2019 (onderdeel F "Effecten verkenningen 2018-2022", nummer 17) was voor dit doel met ingang van 2020 € 40.000 extra opgenomen. Gezien het belang van deze impuls stellen we ook in 2019 € 40.000 beschikbaar voor dit doel, zodat dit onderwerp op korte termijn ter hand kan worden genomen.

L

40

N

12.

In 2019 hebben we € 25.000 opgenomen voor Kamp Rijen. Dit leidt tot een nadeel op dit programma ten opzichte van 2018. Doordat deze lasten gedekt worden uit de bestemmingsreserve fonds burgerinitiatieven is het effect budgettair neutraal. Dit leidt tot een voordeel op taakveld 980 reserves.

L

25

N

13.

Overige

L
B

14
15

N
N

Totaal

107

V

BTW-sportvrijstelling
De BTW-sportvrijstelling wordt verruimd. De verruiming betreft gemeenten/organisaties/ stichtingen/gemeentelijke c.q. interne sportbedrijven, zonder winstoogmerk, die gelegenheid geven tot sportbeoefening. Deze worden met ingang van 01-01-2019 vrijgesteld van BTW. Zij hoeven dus geen BTW meer af te dragen over hun opbrengsten, maar kunnen ook geen BTW meer compenseren of verrekenen over hun investerings- en exploitatie-uitgaven. Omdat de te betalen BTW over de uitgaven een veel groter bedrag betreft dan de af te dragen BTW over de ontvangsten, ontstaat een financieel nadeel voor gemeenten. In de praktijk geldt dit dus ook voor sportparken/sporthallen/ gymzalen die gemeenten zelf exploiteren.  
Het financiële voordeel als gevolg van de verruiming van de BTW-sportvrijstelling komt in eerste instantie terecht bij het Rijk en wordt geschat op zo’n € 241 miljoen. Omdat de wetswijziging direct voortvloeit uit Europese regelgeving en het (dus) geen bezuinigingsmaatregel is, heeft het kabinet eerder al aangegeven de opbrengst van deze extra belastingmaatregel terug te laten vloeien naar de gedupeerden, te weten de gemeenten (€ 153 miljoen in 2019) en amateursportorganisaties (€ 88 miljoen in 2019).

Eind juli 2018 is bekend geworden dat op basis van de regeling ‘specifieke uitkering stimulering sport’ (SPUK) gemeenten een specifieke uitkering kunnen aanvragen in de periode 2019-2023 voor alle gerealiseerde bestedingen i.v.m. activiteiten in het kader van sport. Dit wel onder bepaalde voorwaarden die in deze regeling benoemd staan. De aanvragen moeten worden ingediend vóór 1 december van het jaar voorafgaand aan het boekjaar waarvoor de specifieke uitkering wordt aangevraagd. De subsidie-compensatie bedraagt 17,5% van de gerealiseerde bestedingen (incl. btw). De inhoud van de SPUK-regeling is gepubliceerd op de website van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).